We zijn dol op onze kleinkinderen en passen iedere twee weken op. Maar is regelmatig oppassen op de kleinkinderen een feest of een uitdaging? 

Wij passen dus één keer in de twee weken op, op onze kleinzoon, en straks ook op onze kleindochter. En natuurlijk houden we van onze kleinkinderen. De kleine jongen is nu 2½ jaar en begint al lekker te praten Maar soms kan het oppassen op de kleinkinderen ook een uitdaging zijn. Wat zijn die voor- en nadelen voor ons.

Laat ik met de voordelen beginnen

Het is leuk om een nieuwe generatie te zien opgroeien. Zeker nu onze kleinzoon al zo lekker praat. Als we binnenkomen, krijg ik altijd meteen een knuffel. We gaan naar de speeltuin of de kinderboerderij, waarna we boekjes (voor)lezen. En opa en oma vinden dat net zo leuk als de kleinzoon.

Maar er zijn ook nadelen

In mijn navigatie staat het adres van de kleinzoon geprogrammeerd als werk. En zo voelt het soms ook. Hij woont 120 km ver weg, dus op de oppasdag moet ik om 6:15 uur opstaan. Om mij ’s avonds weer door de files naar huis te worstelen. En het oppassen kan soms ten koste gaan van onze eigen plannen, hobby’s of sociale leven. We moeten onze agenda aanpassen aan die van de kinderen en misschien afzien van sommige activiteiten die we graag doen.

Conclusie

Het oppassen heeft dus voor- en nadelen. Het is prachtig om je kleinkinderen te zien opgroeien en een mooie manier om je liefde, zorg en betrokkenheid te tonen, maar het kan ook een uitdaging zijn.

Het is belangrijk om een goede relatie te hebben met de kleinkinderen, de kinderen en de andere grootouders. Goede afspraken maken is nummer één, net zo goed als het belang om onze eigen grenzen te kennen en te respecteren.

Zo kunnen we genieten van het oppassen en er samen iets leuks van maken.